Bij binnenkomst in de fabriek gaan eerst de blauwe haarnetjes op. We zijn op bezoek bij Wilthagen in Tholen, bekend van hun leverworst en knabbelspek. Door de productieruimtes lopen we richting het recent opgeleverde kantoor. Deze verbouwing was nodig voor hun nieuwste product: Zeeuwse Kroepoek. We ontmoeten Frank Wilthagen, een van de twee eigenaren en broers. Groôs neemt je mee in de wereld van snacks én een bijzonder familiebedrijf.

 

Op en top Nederlands product

Vanuit het kantoor kijken we over het, met groen omgeven, industrieterrein van Tholen. Frank: “Dit nieuwe kantoor hebben we bovenop de oude fabriek gebouwd.” Beneden wordt onder andere (biologische) leverworst en knabbelspek geproduceerd. Dit najaar ligt er een nieuw product van Wilthagen in de schappen: Zeeuwse Kroepoek. Frank: “Ieder jaar wordt er minder vlees gegeten, al meerdere jaren op rij. Het vega- en visschap groeit, mensen eten bewuster en lokale producten zijn een grote trend. We hebben veel onderzoek gedaan naar kroepoek. Op de prijs na zit er bijna geen verschil in de zakken van merken die nu in de supermarkt liggen. We zijn een kleine speler die het product nieuw leven in willen blazen. Een product dat voor ons gevoel goed bij Zeeland past en ook helemaal in Nederland geproduceerd kan worden. Dat gebeurt verder niet. Alle kroepoek die nu in Nederland te koop is, komt als halffabricaat uit Indonesië. En dan te bedenken dat de lekkerste garnaal uit de Noordzee komt!”

Een moeilijke start

“We zaten met onze handen in het haar. Balen, balen, balen.”

Van een ambachtelijke dorpsslagerij in Krabbendijke tot een degelijk familiebedrijf in Tholen. Sinds 2000 staan Frank en zijn broer aan het roer van wat vader Adrie in 1972 is gestart. Frank: “Toen Marcel en ik net het bedrijf hadden overgenomen, kwamen we in de dioxinecrisis terecht. Deze giftige stof bleek in Belgisch vlees te zitten. Ook wij hadden Belgisch vlees om te verwerken. Alles moest terug. Bijna vier weken lang konden we geen productie draaien. We hadden echt net onze handtekening gezet. We zaten met onze handen in het haar. Balen, balen, balen. We waren toen ook al met zo’n veertien man. Wat moet je dan, hè? We hebben de tijd gebruikt om de fabriek maar eens flink schoon te maken.” Na deze ellendige periode volgden gelukkig ook goede jaren voor de broers. Maar, zoiets als bij de start, dat wilden ze niet nog een keer meemaken. De broers dachten daarom na over een oplossing. Frank: “Drie jaar geleden heb ik mezelf vrij geroosterd om fulltime aan het nieuwe product te werken. De proefproductie slaagde en onze kroepoek werd onlangs enthousiast op de PLMA-beurs ontvangen. Momenteel zijn we met een aantal Nederlandse en buitenlandse supermarkten afspraken aan het maken. In oktober ligt de kroepoek in de schappen.”

 

Kroepoek met drie Zeeuwse smaken

Groôs heeft al even mogen proeven in de fabriek. Er zijn drie heerlijke smaken: Noordzeegarnaal, Hollandse ui en Oosterschelde zeewier. Frank: “De zeewier komt van Jan Kruijsse uit Yerseke. De meest bekende zeewiervisser in Nederland. Met ons bedrijf zijn we aangesloten bij de Noordzeeboerderij voor duurzaam zeewier. Ik vind het belangrijk dat we betrokken zijn. Misschien kost dit ingrediënt een dubbeltje meer, maar daar gaat het in eerste instantie niet om. We zijn van het sociaal duurzaam ondernemen: we gunnen het de mensen in onze regio. Zo hebben we ook twee mensen bij ons werken die over de zestig jaar zijn. Ze zaten al twee jaar thuis, maar zijn gepokt en gemazeld in het werk. Die willen we hier hebben.” Terug naar de smaken. Frank: “De garnalen halen we bij Nederlandse vismijnen waaronder het mooie Stellendam. In Nederlandse kustwateren worden ze gevangen. De uien komen van de Brabantse Wal. Net niet uit Zeeland, maar het is een mooi regioproduct en het past volgens ons goed in het Zeeuwse.”

Slagers zijn de nieuwe rocksterren

“Ik zie het wel gebeuren dat wij zeewiersafari’s gaan organiseren.”

De vader van de broers komt nog steeds langs in de fabriek. “Hij is 75 en hartstikke gezond. In het begin had hij er moeite mee, wat we hier aan het doen waren. Al die snacks. Hij moest heel erg wennen.” Frank grapt: “Het blijft toch een slager.” Gelukkig is hun vader inmiddels laaiend enthousiast. Frank: “En daar ben ik dan weer heel blij mee. Mijn jongens staan er vast ook weer veel anders in dan wij. Dat zie ik al aan hoe ze omgaan met social media en wat daarop te beleven valt. Vroeger was slager een gewoon beroep. Nu zijn ze de adviseurs van hun klanten. Sommige slagers pakken dat heel goed op, dat zie je ook op social media voorbijkomen. Het zijn net de nieuwe rocksterren! Het is duidelijk dat mensen entertainment willen. Ik zie het ook wel gebeuren dat wij zeewiersafari’s gaan organiseren of dat je met een garnalenboot mee kan varen. We gaan het Zeeuwse verder laden.”

 

Tour door de fabriek

Met nieuwe haarnetjes op duiken we nogmaals de fabriek in. We lopen achter een apetrotse eigenaar aan die een tour geeft door zijn fabriek. Op een flink tempo zien we zakjes knabbelspek over de transportband voorbijkomen. Frank: “Deze gaan naar het buitenland. Je ziet dat de verpakking daar ook op is afgestemd.” Hij gaat ons voor een trap op. We staan naast een gigantisch apparaat dat de knabbelspek verwerkt. Frank: “Hier komt alles bij elkaar. De machine zorgt ervoor dat er steeds een vast gewicht in de zakjes wordt gestort.” Verderop staan enorme bakken vol spek op hun beurt te wachten. In een andere hal zien we de biologische leverworst die net is verwerkt. En afval? Wordt dat hergebruikt bij Wilthagen? Frank: “We zijn veel eetbare reststromen in kaart aan het brengen. Hiermee willen we inderdaad meer circulair werken.” We lopen richting het laatste stuk van de fabriek. Naast een aantal verschillende verpakkingen voor knabbelspek zien we ook de mooie nieuwe verpakkingen voor de Zeeuwse Kroepoek. We eindigen de tour met dozen vol kroepoek voor thuis. Zeeuws zijn ze zeker bij Wilthagen, maar zuinig absoluut niet

Tekst Kim van Zweeden
Foto’s Mel van Zweeden
Delen