Aan de Vroonlandseweg 61 worden we hartelijk verwelkomd door Ivo van Gaalen. Sinds 2002 runt hij samen met echtgenote Jannette dit fruitbedrijf. Ivo: “Drinken we eerst koffie of willen jullie gelijk rondkijken?” Als we bij Groôs op Zeêland ergens om bekend staan is het wel onze nieuwsgierigheid! En we weten dat achterin de kas nog een verrassing op ons wacht: de kasten van imkers Anneleen en Arco van Sabben.

 

Nieuwe plannen en meer bewustwording
We lopen achter de vrolijke en trotse ondernemer aan de kas in. Ivo: “Werk is mijn hobby, mijn leven. Stoppen met werken? Dat wil ik niet. Maar toen ik een jaar of acht geleden kanker kreeg moest er wel iets veranderen. Soms kon ik maanden niet werken. Bij mijn taken horen de techniek, gewasbescherming en het onderhoud. Als dat in het seizoen wegvalt, heb je een probleem. We hebben toen keuzes gemaakt.” Ivo en Jannette zaten niet bij de pakken neer en besloten zich te focussen op wat wél mogelijk is. De boomgaard werd verhuurd aan een fruitteler, ze begonnen een zorgboerderij en openden een winkel waar ze hun verse producten zoals aardbeien verkopen. Ivo: “We zijn in een korte tijd van massa, bulk en productie gegroeid naar het bedrijf dat we nu zijn. Ondanks een heel vervelende situatie is er iets moois ontstaan met meer bewustwording. Ik merk dit ook bij de klanten. Ze willen weten waar hun eten vandaan komt en of het echt van ons is. Het is ook de tijdsgeest. Voor ons was een snoepje lekker, nu genieten kinderen van een tomaatje.” Lachend: “Ik ging liever naar de Jamin.”

Moestuintjes te huur
In de kas zien we pepers, paprika’s, tomaten en nog veel meer lekkers. Nieuw is het verhuren van moestuintjes. Een gouden vondst. Ivo: “In de Randstad zie je het veel, maar hier is het nog nieuw. Mensen in Kapelle zijn het niet gewend. Je hebt zelf een tuin of maakt gebruik van een perceeltje van de kerk. Het is wel in opkomst. Je bent hier écht de eerste met de nieuwe, onbespoten aardappelen en je kunt net iets meer.” We denken gelijk aan allerlei heerlijke, exotische vruchten. Ivo knikt en wijst enthousiast naar een bananenplant. “We hadden hier een tros bananen!” We lopen verder. Het zijn vooral oudere mensen en ouders met kleine kinderen die een stukje grond huren. Ze kunnen altijd bij hun moestuin Ivo: “Ik heb wel huisregels opgesteld natuurlijk. Dat je bij harde storm of te hoge temperaturen de kas niet binnengaat. En ik kreeg inspiratie uit het Westland. Daar stonden dingen tussen de huisregels waar ik zelf nog niet over had nagedacht.” Met een grote grijns kijkt hij ons aan: “Dat je geen bij wet verboden planten mag kweken bijvoorbeeld.”

 

Eten wat het seizoen je biedt
De kassen worden niet verwarmd, daar begint Ivo niet aan. “Het is gekkigheid om in december aardbeien te willen kweken. Ik hou graag de seizoenen aan. In de winter eet ik ook veel liever boerenkool.” We lopen door en gaan een vrijwel lege kas binnen. Er hangen bakken waar voorheen aardbeien in groeiden. Ivo: “Een lege kas is pijnlijk. Dat is niet wat ik wil. We hebben er nu meloenen onder gezet. Het liefst zou ik het hier helemaal vol zien met moestuintjes.”

 

Honing voor de bijen
Buiten achter de kassen zijn imkers Anneleen en Arco aan het werk. Ivo: “Had je me tien jaar geleden gevraagd of je hier kasten met bijen neer mocht zetten, dat had ik gezegd: ‘Wegwezen!’. Daar zat ik niet op te wachten, daar was geen tijd voor. Nu past het er heel goed bij. Ik vind het prachtig om ze zo bezig te zien.” Ivo blijkt niet de enige met passie voor zijn werk. Anneleen en Arco staan trots naast een stapel houten kasten. Anneleen: “Ik ben opgegroeid op Walcheren en kwam toen al veel bij Imkerij Poppendamme. Wel ben ik pas vier jaar geleden gestart met een imkercursus. Ik wilde het niet alleen doen, dus vroeg Arco erbij. Het is veel leuker om het samen te doen.” In het dagelijks leven is Anneleen directeur van een basisschool en werkt Arco bij het Waterschap. Anneleen: “We willen hier geen bedrijf van maken. Het gaat niet om de verkoop van honing. Bij ons staat de bij centraal.” Honing oogsten is dus niet het grootste doel van deze imkers. Arco lacht, voor hem misschien wel. Arco: “Nee hoor, we laten de bijen het grootste deel van hun zelf verzamelde honing opeten. De laatste keer hadden we ruim negentig kilo honing in de kasten. Dat was ongeveer 20 kilo meer dan de bijen zelf nodig hadden voor de winter. We hebben daar dus wel wat potten voor vrienden en familie mee gevuld.”

De imker die allergisch is voor bijen
Het stel kwam er na een paar steken achter dat Arco een allergie voor bijengif heeft opgebouwd. Arco: “Na een rit met de ambulance en een gesprek met de huisarts dacht ik: ‘Wat nu? Moet ik nu stoppen?’ Je kunt er gelukkig best iets aan doen. Ik heb immuuntherapie gevolgd en heb zo mijn weerstand opgebouwd.” Anneleen was er ook behoorlijk van geschrokken. “Wist je dat een bij gevaarlijker is dan een haai? Er sterven meer mensen door een steek van een bij.” Het is nu de vraag hoe lang Arco immuun blijft. De epipen gaat daarom voor de zekerheid altijd mee. Maar dat ze er veel plezier aan beleven, mag duidelijk zijn. Met een big smile trekken ze hun imkerspakken aan. We gaan de bijen begroeten.

 

Tuin vol inheemse planten
Er staan zes kasten op een rij met zo’n 25.000 bijen per kast. Ze openen de eerste kast. Wat een geweld! Wij staan precies in de aanvliegroute, rond de paardenbloemen, dus verplaatsen ons snel naar een iets rustigere plek. Ivo loopt mee: “Ik ben nog nooit gestoken. En ik rij er gewoon tussendoor met mijn grasmaaier.” De volken van Anneleen en Arco zijn in de buurt van hun kasten te vinden. Anneleen: “Ze vliegen maximaal 5 kilometer verder, maar vliegen vooral in de boomgaard, het dorp en het Kapelse bos. In de boomgaard staan veel paardenbloemen en die scoren met hun nectar en pollenwaarde op een schaal van 0 tot 5 een 5. Een superbloem dus!” Maar wat als die paardenbloemen gemaaid worden? Arco: “We zijn bezig met een nieuw project: een tuin met inheemse bloemen zoals rolklaver, duizendblad, beemdkroon en grasklokje en struiken zoals wilg en hazelaar. Als het seizoen van de fruitbloesem, liguster en linde voorbij is, kunnen de bijen daar terecht. En niet alleen honingbijen maar ook wilde bijen zoals de klokjesbij, zandbijen en metselbijen.” Anneleen vult aan: “Ivo heeft de plek voor ons gecreëerd en daar zijn we erg blij mee. Zo is er altijd iets in bloei en is er dus altijd iets te halen voor de bijen.”

 

Een nieuwe koningin kweken
Zoveel bijen bij elkaar, gaat dat niet zwermen? Anneleen: “Voordat de volken te groot worden, splitsen we ze. Dan ontstaat er geen overlast bij mensen in de tuin. We vullen een nieuwe kast of verkopen het volk. Afgelopen zomer hebben we in de buurt ook verschillende zwermen geschept. Overdag schep je ze in de korf en ‘s avonds haal je ze op. Ze moeten echt allemaal in de korf. De bijen die achterblijven worden vervelend en dat wil je voorkomen.” Een nieuw volk heeft een koningin nodig. We leren dat bijen hun eigen koningin kweken. Arco: “Een goede koningin geeft feromonen af. Is dat stofje niet aanwezig, dan gaan ze eitjes opkweken tot koningin. Soms wel vijftien tegelijk.” Meerdere koninginnen in één volk is geen optie. De imkers moeten het daarom goed in de gaten houden én ingrijpen. Anneleen: “We luisteren of we een bepaald soort zoemen horen, tuten en kwaken noemen ze dat. Dan loopt de eerste koningin door de kast. Ze laat aan de andere koninginnen horen dat zij er al is. Als je niet ingrijpt komt er weer een zwerm, de eerste koningin vertrekt dan namelijk met de helft van het volk.”

Rommelige hoekjes versus bijenhotels
Nu de kasten open zijn ruikt het heerlijk zoet. Tussen de bijen en hun honinggraten zien we kleine oranje dotjes. Dat is het stuifmeel. Arco: “Die verzegelde honing, dat is hun eigen wintervoorraad.” Met de honingbij gaat het gelukkig goed in Nederland. Anneleen: “Wist je dat er zo’n 365 soorten zijn? Helaas gaat het aantal wilde bijen hard naar beneden. Dit komt met name door de monocultuur. ” Wat kunnen mensen daar zelf aan doen? We vragen het aan Arco. “Een bijenhotel is een goed idee, maar dat moet dan niet te mooi. Mensen leggen er leuk een dennenappel in bijvoorbeeld. Dat trekt spinnen aan, maar spinnen en bijen gaan niet samen. Wil je goed voor de bijen zorgen? Zet dan zoveel mogelijk bloemen in je tuin. Of creëer rommelige hoekjes in je tuin. Wist je dat heel veel wilde bijen in de grond nestelen? Dan heb je dus een bergje kale grond nodig.”

 

Peppa en Pig
We trekken onze imkerpakken uit en nemen afscheid van Anneleen en Arco. Ivo loopt met ons mee richting de winkel waar we zijn vrouw Jannette ontmoeten en hun twee Husumervarkens Peppa en Pig. Ivo: “Dit was een stukje grond waar we niks mee deden. De varkens hadden het binnen twee dagen omgeploegd. Wroeten en wroeten dat ze deden. Ze vinden het heerlijk in de blubber.” Een oude glasbak is hun hok, daarin slapen ze. Als we aan komen lopen, rennen Peppa en Pig onze kant op. Ivo: “Heel gezellige beestjes. Ze rennen ook mee als ik op de grasmaaier zit.” Eenmaal thuis proeven we een klein beetje honing van Anneleen en Arco én verse aardbeien uit de kas van Ivo en Jannette. Wat een verwennerij!

Tekst Kim van Zweeden
Foto’s Mel van Zweeden
Delen